Zaterdag, 5 juli 23.51 uur. Zojuist is de spits van Costa Rica, Joel Campbell, gevloerd door Ron Vlaar. De scheidsrechter is onverbiddelijk en wijst naar de strafschopstip. Daarna geeft hij Vlaar zijn tweede gele kaart. Het is de 92e minuut bij een stand van 1-1 en Bryan Ruiz gaat de strafschop nemen. Keeper Jasper Cillessen weet voor 71% dat Ruiz de bal rechts in gaat schieten. Hoe loopt dit af en hoe weet hij dit zo zeker?
Voetbal is een van de meest onberekenbare sporten. In een voetbalwedstrijd is het betere team absoluut niet zeker van de overwinning. Een enkele gelukstreffer kan de wedstrijd beslissen. De strafschoppenreeks na verlenging zou dan helemaal het summum moeten zijn van veel geluk of stomme pech. Penalty’s lijken daarmee op Russische roulette. Maar weinig van de bijna negen miljoen kijkende Nederlanders zullen dan ook zonder extreme stressverschijnselen de strafschoppenserie Nederland – Costa Rica uitkijken.
Maar je kunt je natuurlijk wel degelijk voorbereiden op de strafschoppen. Het beste bewijs hiervoor stamt uit de zomer van 1988. De destijds niet eens zo populaire Hans van Breukelen was de held toen hij namens PSV de beslissende strafschop in de Champions-finale stopte. Nog geen maand later deed hij dit huzarenstukje over tijdens in de EK-finale Nederland – Rusland. Met dank aan het boekje van Jan Reker.
Reker was de oud-trainer van PSV, iemand die thuis drie videorecorders aan had staan om alle uitgezonden voetbalwedstrijden op te nemen. Zijn boekje was in feite een kaartenbak en speciaal voor Van Breukelen had hij de mogelijke strafschopnemers van Porto en Rusland én hun favoriete schiethoek op een papiertje gezet.
Van Breukelen: ‘Ik wist waar ze zouden gaan schieten. Die lijst heb ik in mijn kop gestampt. Daarna is het relatief simpel. Je moet een strategie bepalen.’
Het boekje van Reker is anno 2014 een professionele database waarin per speler indrukwekkende statistieken zijn opgenomen. Zo weten we van Bryan Ruiz, op papier de beste Costa Ricaanse speler, dat hij linksbenig is en 81% van al zijn strafschoppen erin gingen.
De wereldwijde penaltystatistieken spreken eveneens boekdelen. In zeldzame gevallen besluit de schutter ‘door het midden’ te schieten, maar meestal gewoon naar links of naar rechts. Er zijn hiermee vier mogelijke uitkomsten. De schutter kan naar rechts of naar links schieten, de keeper naar rechts of naar links duiken. In ieder van de vier gevallen is er een zekere kans op een doelpunt. Als de keeper in de verkeerde hoek duikt, is het bijna altijd raak (de praktijk leert in 94 procent van de gevallen, de resterende 6% is voor over schieten, het ‘aluminium’ of iets wat Cruyff en Jesper Skibby ooit flikten).
Gokt de doelman goed, dan hangt het af van welke hoek de schutter heeft gekozen. Als de speler rechtsbenig is dan is de kans op een doelpunt bij een schot in de rechterhoek 71 procent, voor de zwakkere linkerhoek slechts 59 procent.
Een van de grootste penaltydatabases leert dat schutters in 61 procent van de gevallen kiezen voor hun voorkeurshoek; doelmannen kiezen in 59 procent van de strafschoppen voor de voorkeurshoek van hun tegenstander, zeg maar het boekje van Jan Reker. Die paar procent verschil blijkt echter cruciaal.
Wat betekent dit voor Jasper Cillessen en de linksbenige Bryan Ruiz? Statistisch gezien is het het meest waarschijnlijk dat Ruiz de bal links gaat schieten. Cillessen moet dus als de wiedeweerga naar de rechterkant duiken.
Als je echter googelt op de penalties van Ruiz blijkt dat hij in 2013 geschiedenis heeft geschreven met een van de meest curieuze strafschoppen. Hij schoot de bal keihard links op de binnenkant van de paal, die vervolgens via de verbaasde keeper alsnog achter de goal belandde.
Terug weer naar de wedstrijd van zaterdag aanstaande: het is de 75e minuut en er is drinkpauze. Keeperstrainer Frans Hoek instrueert via de zijlijn zijn pupil Cillessen over mogelijke penalty’s. De boodschap is duidelijk: Ruiz schiet meestal in de rechterhoek. Meestal …. Zeventien minuten later is het zover: Ruiz neemt een aanloopje en schiet in de ….
Tja, voorspellen blijft lastig. Wat er ook gebeurt zaterdag, statistiek is en blijft een hulpmiddel. De zekerheid die Hans van Breukelen in 1988 – en eigenlijk tot op de dag van vandaag – etaleerde is het gelijk van de winnaar. Een keeper die in een strafschoppenreeks meerdere malen de verkeerde kant opdook, kan zich later niet verschuilen achter het excuus dat ‘ze waren afgeweken van hun statistieken’.
Statistiek is een middel, een belangrijke zelfs, maar het gaat letterlijk en figuurlijk om het doel, waarvoor we het doen. Jasper Cillessen is net zo’n ijskonijn als Van der Sar en zal zich niet laten afleiden door teveel statistiek of gemanipuleer van de schutter. In een interview beaamde hij echter dat de Australiër Mile Jedinak statistisch gezien in de rechterhoek had moeten schieten.
Niet dus, Australië scoorde en kwam op voorsprong. Dat Nederland daarna verdiend won is niks meer of minder dan een groepsprestatie, met aan het hoofd een eigenzinnige opdrachtgever waarover al boeken vol zijn geschreven.
‘Ik heb informatie nodig, wil weten in welke hoek de speler graag schiet,’ sprak Cillessen na afloop.’ Kortom, er is niks mis met een beetje statistiek zolang teamgeest en gezond verstand maar niet ontbreken.
Gastblog René Pennings, juli 2014
Met dank aan Robbert Dijkgraaf – Koning Toeval NRC 14 juni 2014
PS Ga er zaterdag niet van uit dat het op strafschoppen aankomt. Ik ben op dit gebied aantoonbaar een slechte voorspeller. De laatste keer dat ik een uitslag juist had voorspeld was Sparta – Borussia Mönchengladbach in 1984 (4Havo).
Mooi om te zien dat het risico’s penalties zo goed mogelijk is beperkt: Tim Krul erin voor Cillessen. Maar ja met voetbal weet je het nooit. Toch zijn er sporten zoals handbal (meen ik) waar dit soort wissels vaker worden toegepast.
Nu aan de veldspelers om op dit risico weer gepaste maatregelen te treffen? Ik zeg zo af en toe hard en hoog door het midden.